Gezien er stromend water is, werden we genoodzaakt onze twijfels te staken inzake de badkamervloer. Het werden grenen planken. Klaar. Gedaan met twijfelen. We weten; grenen in de badkamer: da’s eigenlijk een dikke no-go. Misschien beklagen we het ons wel. Maar momenteel zijn we er alvast wel blij mee. Om verder te gaan met het budgettaire gevoel gingen we dan ook maar voor tegels in de douche.
Ons huis kent een ongekende drukte dezer dagen. Elke kamer is bezet door iemand en om eerlijk te zijn zoek ik bewust de meest lege kamers en uithoeken op om daar op’t gemakje te werken terwijl Janice de boel luidkeels regelt (kan ze als de beste).
Fier als een gieter haalde ik op woensdag de tegels voor de douche op. Drie uur later twijfelde ik dus weer: hadden we toch niet beter gewoon gestuct in de douche? Op zulke momenten zoek ik de prijzen van stucwerk op (voor de duizendste keer, want die veranderen sowieso elke week…) en dan lach ik even en besef dat de tegels prachtig zullen zijn. Als we de tegels binnen enkele jaren beu zijn kunnen we nog altijd investeren in stucwerk. En zo sus ik mezelf eigenlijk bij elke beslissing in het huis wanneer mijn twijfels en bindingsangsten de kop opsteken. Works like a charm.
We twijfelden in eerste instantie ook lang over welke tegels we effectief zouden nemen. Ik pleitte voor metrotegels, waarna Janice pleitte voor lange, glanzende tegels in visgraatmotief. Tot we die in de winkel zagen en we ze beiden te robuust vonden. Uiteindelijk kwamen we buiten met een gulden middenweg en beloofde ik Janice plechtig dat we ze niet baksteengewijs zouden leggen en het wat specialer mocht. (En dat zegt veel. Want ik ben niet meteen zo’n water-bij-de-wijn-type. Ik ben meer een all-water-type. Gezien ik geen wijn drink.)
Op een mooie zaterdag viel mijn mama de slaapkamer met een pot primer aan. En terwijl ik mezelf nog schouderklopjes gaf voor het mooi aanbrengen van de kerdidoek in de douche, installeerden de papa’s de tegelsnijder in de badkamer. Toen werd er gevraagd hoe we de tegels tegen de muur wilden.
De tegels. Tegen de muur. We hadden er lang over gedaan om te beseffen dat visgraat dus niet mooi ging zijn. En eigenlijk gaat het met alle beslissingen als volgt: ik ben laaiend enthousiast over een visueel idee en toon het in al mijn enthousiasme aan Janice. Janice is ontzettend easy-going en knikt dan meteen van ‘ja! Supergoed plan! Dat doen we!‘ In een tijdspanne van ongeveer twee uur tot drie dagen (vrij uiteenlopend) krabbel ik dan weer terug en ga ik weer twijfelen in een hoekje. Wanneer het grote moment der beslissing eraan komt, sla ik in de paniek en is Janice mijn klankbord: ze kiest mijn oorspronkelijke keuze terwijl ik het even niet meer weet. Werkt tot nogtoe altijd. Zo ook met de tegeltjes en het patroon dat ik initieel voor ogen had. Want op’t laatste moment wilde ik weer lekker overstappen naar een veilige keuze. Ik vermoed overigens ook wel dat dat makkelijker was geweest. Niet voor ons. Maar wel voor de papa’s die gingen tegelen.
Laat ons stellen dat de douche met liefde betegeld is. Met veel liefde, en met iets minder geduld. Maar dat is bijzaak, denk ik dan. En waar Janice graag zwarte voegen wilde, voegde ik twee dagen later (in een leeg, rustig huis) op mijn duizendste gemakje alleen de tegels in om de scheve uitspatten visueel een beetje recht te trekken. Met wit voegsel. Om bepaalde zaken toch niet té hard te benadrukken. En wonder boven wonder werkte het nog ook.
Waar we zes maanden geleden al onze superdeluxe matte zwarte kranen kochten (earlybirds?), werd het badkamermeubel iets later beslist. We waren lang geleden begonnen met een wit meubel en uiteindelijk werd het in ons hoofd een meubel uit multiplex als tweede idee. En daarvoor klopten we aan bij onze goede houtverslaafde vriend Joa. Joa is dol op hout. En op meubels van hout. Hij renoveert momenteel ook zijn eigen boot (niet gelogen! Volgens ons is dat zelfs moeilijker dan het renoveren van een huis). We zaten nogal achter zijn veren, de stalkers die we zijn. En we veranderen uiteraard ook een keertje van idee (duh). Zo lag er een gloednieuwe pompbak-in-de-verpakking in ons huis van de vorige eigenaar. Ik had hem telkens gespaard van een container met zicht op integratie in de badkamer (besparen, besparen). Mijn lief daarentegen wilde daar telkens een stokje voor steken omdat ze het ding oerlelijk vond. Tot op het laatste ogenblik hield ik voet bij stuk. Toen won ze. Een dag later stond er een inbouwspoelbak op onze drempel. Na een dikke week werken stond het meubel in elkaar. We beseffen goed dat hij niet perfect is maar dat is misschien niet zo erg na de vele problemen-op-de-meubelweg. En terwijl ik geduldig vijf lagen vernis over het meubel heen strooide en alles netjes afkitte, beloofden Janice en ik elkaar plechtig twee keer na te denken voor we nog een keer aan maatwerk deden.
(_Die droom van wandkasten voor in de studio uit multiplex? Ikeakasten lijken ons plots perfect.)